maandag 28 september 2020

 het wist, vergt alleen een eiland,

een purperen zee van stilleven

vaag geel gaat de grond aan, wacht

van links naar rechts in sinister

oranje schraapt de schilfers

van dat wat eerder

niet zo was in het meest stille

van de nacht

onbedekt vraagt het

van wie

dit verzachtend, je nog

voor iemand zorgt, drie zinnen 

geklonken

in de vorige letter was het wit, en

het witst


vrijdag 25 september 2020

 omdat het woord een ander

was en de herinnering volgde, een huis,

een tafel een stoel een bed wat woorden, een raam

met panorama, a black mountain, plaatsnamen

ook, bergen

gerochel wiegende water-

vallen op exact die plek die zij zich 

herinneren.....is de avond jong genoeg?

hangen de lappen al te drogen? geven de planten

elkaar water, strepen de woorden

zich aaneen, het gele krijtje

ligt te wachten naast de

‘Poet in New York’

 voor de gelegenheid schept 

de dichter het zand in

zijn schoenen, stort zich

sprak vroeger wel daarna

niet meer, verbonzaaid aan de andere

kant van het leven aan het werk, het

doen, de groepsdruk, o

o, niet de groepsdruk

het verleden, het onbe-

schreven blad voor als je

het niet zeker weet, van

iemand zand in je mond,

je ogen, dan heeft hij

een eigen leven

de man, het gehucht een lijn

het decor en dat

is slechts het begin, hij

buigt, raakt een bergtop

het canvas vult zich met teken-

filmachtige daken, rond

en rond en rond in het niets ( maar

dan lig je ook in spreektaalspagaat want

willen is kunnen weet je wel ), het leeft het

ademt en het schrijft

zo nu en dan iets op


daar komen de woorden

als dorpen verlaten

dinsdag 15 september 2020

Ieder woord is een toevalligheid

dat het valt en ook dat

mag je zelf weten, alle namen die

aan mensen haken gegeven

door het systeem van geurende

genen, langs iedere lijn zorgvuldig of terloops

getrokken, mag je zelf weten. 

als het maar ademt 

 voor ik iets te zeggen heb, een zwartkop,

of een patrijs, wonderlijke samen-

trekkingen van bloedstille

figuren, krassende driewielers

uit een veel te dik boek dat

natuur heet, doe ik dit

niet vaker, zo zonder 

nut, zo zonder


zal ik schrijven, onaanraakbare

fluiter in papiertjes plakselpand,

geschokt voor ik iets kan zeggen,

zwartkop